Vertaling van heersen
Inhoud:
Nederlands
Engels
besturen, de scepter zwaaien, heersen, regeren, aansturen {ww.}
wij heersen
jullie heersen
zij heersen
we reign
you reign
they reign
» meer vervoegingen van to reign
domineren, prevaleren, beheersen, controleren, heersen, overheersen {ww.}
to rule
to reign
to predominate
to prevail
to dominate
to reign
to predominate
to prevail
to dominate
wij heersen
jullie heersen
zij heersen
we rule
you rule
they rule
» meer vervoegingen van to rule
gebieden, heersen, overheersen {ww.}
to rule
to govern
to govern
wij heersen
jullie heersen
zij heersen
we rule
you rule
they rule
» meer vervoegingen van to rule