Vertaling van item

Inhoud:

Nederlands
Engels
deel, deeltje, item, partikel, punt {zn.}
snippet 
item 
particle
fragment 
flake 
entry 
element 
component
item {zn.}
item
point
detail
bijzonderheid [v], detail [o], item, aspect {zn.}
detail 
particular
aspect
retail 
De piloot beschreef de scène tot in detail.
The pilot described the scene in detail.
gegeven [o] (het ~), issue [m] (de/het ~), item [o] (het ~), thema [o] (het ~), onderwerp [o] (het ~), punt [o] (het ~) {zn.}
subject
topic
matter
issue
Ons thema van de week is: _____.
Our topic of the week is: _____.
Je vraagt heeft niks met het onderwerp te maken.
Your question is not relevant to the subject.


Gerelateerd aan item

deel - deeltje - partikel - punt - bijzonderheid - detail - aspect - gegeven - issue - thema - onderwerponderdeel - betekenis