Vertaling van kaartje

Inhoud:

Nederlands
Engels
kaartje [o], plaatsbewijs [o], ticket [o], plaatskaart [v] {zn.}
ticket 
Vergeet het kaartje niet.
Don't forget the ticket.
Uw ticket, alstublieft.
Please show your ticket.
biljet [o], kaartje [o], ticket [o] {zn.}
ticket 
note 
bill 
Ik heb geen ticket.
I don't have a ticket.
Heb je een kaartje?
Do you have a ticket?
bon [m], coupon [m], kaartje [o], voucher {zn.}
voucher
coupon 
Ik wil geen verdomde bon, geef me gewoon geld!
I don't want a bloody voucher. Just give me cash!
fiche, kaartje [o], kaart [v] {zn.}
card 
index card
slip 
filing card
Wat is de cash-limiet voor deze kaart?
What's the cash limit on this card?
visitekaartje [o] (het ~), kaartje [o] (het ~), naamkaartje [o] (het ~) {zn.}
sense impression
sense experience
sense datum
sensation
esthesis
aesthesis
toegangsbewijs [o] (het ~), entreebewijs [o] (het ~), entreebiljet [o] (het ~), kaart, kaartje, entreekaart [m] (de ~) {zn.}
ticket
Zal ik een kaartje voor het concert voor je kopen?
Shall I buy you a ticket for the concert?
Geeft u mij een kaartje voor de voorstelling van zeven uur, alstublieft.
Please give me a ticket for the seven o'clock show.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Heb je een kaartje?

Do you have a ticket?

Vergeet het kaartje niet.

Don't forget the ticket.

Zal ik een kaartje voor het concert voor je kopen?

Shall I buy you a ticket for the concert?

Stuur me alsjeblieft een kaartje zodra je aankomt.

Please send me a letter as soon as you arrive.

Geeft u mij een kaartje voor de voorstelling van zeven uur, alstublieft.

Please give me a ticket for the seven o'clock show.

Je hoeft alleen maar op het knopje te drukken om een kaartje te krijgen.

You have only to push the button to get a ticket.