Vertaling van kleinigheid
Inhoud:
Nederlands
Engels
kleinigheid, allotria, bagatel , beuzelarij, bijzaak , futiliteit , onbenulligheid, peanuts, peulenschil , wissewasje , peuleschil, detail {zn.}
snap
walkover
piece of cake
pushover
picnic
duck soup
cinch
child's play
breeze
walkover
piece of cake
pushover
picnic
duck soup
cinch
child's play
breeze
bagatel, beuzelarij , futiliteit , kleinigheid , wissewasje {zn.}
bagatelle
trifle
trifle
schijntje , bagatel, fooi , habbekrats , kleinigheid {zn.}
pittance