Vertaling van knul
Inhoud:
Nederlands
Engels
knul, kruk, lummel, stoethaspel, stoffel, sukkel {zn.}
maladroit
De jongen liep weg.
The boy ran away.
Die jongen eet niet.
That boy doesn't eat.
Wie is deze vent?
Who is this guy?
Die kerel is dubbelhartig.
That guy is two-faced.
jongen , boy , goof, gozer , joch , jongetje, knaap , knul , jong {zn.}
boy
male child
male child
Ik ben een jongen.
I am a boy.
Dit is de jongen.
This is the boy.