Vertaling van leefbaar

Inhoud:

Nederlands
Engels
leefbaar {bn.}
livable
liveable
rendabel, goedlopend, lonend, lucratief, profijtelijk, profitabel, winstgevend, productief, leefbaar {bn.}
fruitful


Gerelateerd aan leefbaar

rendabel - goedlopend - lonend - lucratief - profijtelijk - profitabel - winstgevend - productief