Vertaling van leen

Inhoud:

Nederlands
Engels
leen, leengoed {zn.}
fiefdom
feoff
fief
lenen, lenen aan {ww.}
to lend 
to spare 

ik leen

I lend
» meer vervoegingen van to lend

Ik zal je dit woordenboek lenen.
I'll lend you this dictionary.
Kun je me jouw fiets lenen?
Can you lend me your bicycle?
lenen {ww.}
to borrow 

ik leen

I borrow
» meer vervoegingen van to borrow

Geld lenen kost geld!
It costs money to borrow money!
Mag ik je paraplu lenen?
Can I borrow your umbrella?
lenen {ww.}
to borrow 
to lend 
to advance 
to loan 

ik leen

I borrow
» meer vervoegingen van to borrow

Kan ik deze CD lenen?
May I borrow this CD?
Mag ik je fiets lenen?
May I borrow your bicycle?
lenen, lenen aan {ww.}
to lend 

ik leen

I lend
» meer vervoegingen van to lend

Ik kan je dit boek niet lenen.
I can't lend this book to you.
Mag ik een potlood van je lenen?
Would you lend me a pencil?
lenen, uitlenen, voorschieten {ww.}
to lend 
to loan 
to advance 

ik leen

I lend
» meer vervoegingen van to lend

Kun je mij je woordenboek lenen?
Will you lend me your dictionary?
feodaliteit, leen [o] (het ~) {zn.}
feud
leengoed [o] (het ~), leen [o] (het ~) {zn.}
fief
feoff


Gerelateerd aan leen

synoniemen

leengoed - lenen - lenen aan - uitlenen - voorschieten - feodaliteit

verwante termen

vastgoed - bezit