Vertaling van lui

Inhoud:

Nederlands
Engels
lui {bn.}
lazy 
idle 
slack 
lui {bn.}
slothful
sluggish 
lieden, lui, mensen, volk {zn.}
people 
Beschadigde mensen beschadigen mensen.
Hurt people hurt people.
Pistolen doden geen mensen. Mensen doden mensen.
Guns don't kill people. People kill people.
luien, luiden {ww.}
to ring
to knell

ik lui

I ring
» meer vervoegingen van to ring



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Ik ben lui.

I am lazy.

Hij is lui.

He is lazy.

De studenten zijn lui.

The students are lazy.

Tom is geen lui kind.

Tom is not a lazy child.

Ik ergerde mij aan de jongen, omdat hij lui was.

I was annoyed with the boy for being lazy.

Ik ben te lui om mijn huiswerk te maken.

I'm too lazy to do my homework.

Voor zover ik weet is hij niet lui.

As far as I know, he isn't lazy.


Gerelateerd aan lui

lieden - mensen - volk - luien - luidenverroeren