Vertaling van moedertaal

Inhoud:

Nederlands
Engels
moedertaal {zn.}
mother tongue
native language
Frans is zijn moedertaal.
French is his mother tongue.
Mijn moedertaal is Japans.
My mother tongue is Japanese.
moedertaal [m] (de ~), moerstaal {zn.}
mother tongue
first language
maternal language
Mijn moedertaal is Japans.
Japanese is my mother tongue.
Spaans is zijn moedertaal.
Spanish is his mother tongue.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Frans is zijn moedertaal.

French is his mother tongue.

Mijn moedertaal is Japans.

My mother tongue is Japanese.

Mijn moedertaal is Japans.

My native language is Japanese.

Frans is haar moedertaal.

French is her first language.

Mijn moedertaal is Japans.

Japanese is my mother tongue.

Spaans is zijn moedertaal.

Spanish is his mother tongue.

Onze moedertaal is Japans.

Our native language is Japanese.

Mijn moedertaal is Spaans.

My native language is Spanish.

Frans is haar moedertaal.

French is her native language.

Engels is niet mijn moedertaal.

English is not my mother tongue.

De auteur vertaalde het sprookje in onze moedertaal.

The author translated the fairy tale into our mother tongue.

Dit boek is bedoeld voor leerlingen die de Japanse taal niet als moedertaal hebben.

This book is intended for students who do not speak Japanese as a native language.

Hij kan geen woord Frans, maar hij kan wel Engels praten alsof het zijn moedertaal is.

He can't say one word of French, but then again he speaks English like a native.

Elke student die afgestudeerd is aan onze universiteit heeft ten minste twee jaar Engels gestudeerd met een persoon die Engels als moedertaal spreekt.

Every student who has graduated from our university has studied English with a native speaker for at least two years.


Gerelateerd aan moedertaal

moerstaaltaal