Vertaling van onafhankelijk

Inhoud:

Nederlands
Engels
onafhankelijk, zelfstandig {bn.}
independent 
autonomous 
autonomic
onafhankelijk {bn.}
independent 
onafhankelijk {bn.}
independent
apart, afzonderlijk, alleenstaand, onafhankelijk, separaat, los, gescheiden {bn.}
freestanding
separate
zelfstandig, autonoom, onafhankelijk, soeverein {bn.}
free-lance
freelance
self-employed


Gerelateerd aan onafhankelijk

zelfstandig - apart - afzonderlijk - alleenstaand - separaat - los - gescheiden - autonoom - soeverein