Vertaling van onbenullig

Inhoud:

Nederlands
Engels
onbenullig, plat, triviaal, vulgair {bn.}
commonplace
vulgar 
coarse 
bot, dom, onbenullig, schaapachtig, stom, zwakhoofdig {bn.}
foolish 
stupid 
addled
sheepish 
silly
dull 
dommig, ezelachtig, naïef, oenig, onbenullig, schaapachtig, onnozel, simpel {bn.}
dim-witted
simple
simple-minded


Gerelateerd aan onbenullig

plat - triviaal - vulgair - bot - dom - schaapachtig - stom - zwakhoofdig - dommig - ezelachtig - naïef - oenig - onnozel - simpel