Vertaling van ondoenlijk

Inhoud:

Nederlands
Engels
onbegonnen, ondoenlijk {bn.}
infeasible
impractible
unfeasible
onbestaanbaar, ondoenlijk, onhaalbaar, onuitvoerbaar, uitgesloten, onmogelijk {bn.}
unplayable


Gerelateerd aan ondoenlijk

onbegonnen - onbestaanbaar - onhaalbaar - onuitvoerbaar - uitgesloten - onmogelijk