Vertaling van onvermijdelijk
Inhoud:
Nederlands
Engels
onvermijdelijk, gedoemd, inevitabel, noodwendig, onafwendbaar, onherroepelijk, onontkoombaar, noodzakelijk {bn.}
ineluctable
inescapable
unavoidable
inescapable
unavoidable
onafwendbaar, onvermijdelijk {bn.}
inevitable
ineluctable
inescapable
inexorable
unavoidable
ineluctable
inescapable
inexorable
unavoidable