Vertaling van opfleuren
Inhoud:
Nederlands
Engels
opfleuren {ww.}
to take heart
to buck up
to buck up
opfleuren, verlevendigen, opvrolijken, pimpen {ww.}
to jolly up
to cheer up
to jolly along
to cheer
to cheer up
to jolly along
to cheer
ik zal opfleuren
jij zult opfleuren
hij/zij/het zal opfleuren
I will cheer
you will cheer
he/she/it will cheer
» meer vervoegingen van to cheer