Vertaling van opzetten
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
I will tousle
you will tousle
he/she/it will tousle
» meer vervoegingen van to tousle
to become swollen
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
I will swell
you will swell
he/she/it will swell
» meer vervoegingen van to swell
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
I will play
you will play
he/she/it will play
» meer vervoegingen van to play
ik zal opzetten
to upholster
to pad
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
I will upholster
you will upholster
he/she/it will upholster
» meer vervoegingen van to upholster
to instigate
to set off
to stir up
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
I will incite
you will incite
he/she/it will incite
» meer vervoegingen van to incite
ik zal opzetten
to tumefy
to swell
to swell up
to intumesce
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
I will tumefy
you will tumefy
he/she/it will tumefy
» meer vervoegingen van to tumefy
to lift
to elevate
to get up
to bring up
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
I will raise
you will raise
he/she/it will raise
» meer vervoegingen van to raise
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
I will increase
you will increase
he/she/it will increase
» meer vervoegingen van to increase
model
theoretical account
cattiness
nastiness
spite
spitefulness
design
intent
intention
purpose
Voorbeelden in zinsverband
Men moet een helm opzetten om het hoofd te beschermen.
One has to put on a helmet to protect the head.
Misschien moet jij dan een mondkapje opzetten.
Maybe you should wear a mask.
Zou je eens niet een andere plaat willen opzetten? We luisteren al gedurende twee uren naar deze hier.
Don't you want to put in another disc? We've been listening to this one for two hours.