Vertaling van overdraagbaar

Inhoud:

Nederlands
Engels
overdraagbaar, transitief, transitorisch {bn.}
ephemeral
fugacious
passing
short-lived
transient
transitory
besmettelijk, infectieus, infectueus, overdraagbaar {bn.}
infective
morbific
pathogenic


Gerelateerd aan overdraagbaar

transitief - transitorisch - besmettelijk - infectieus - infectueus