Vertaling van pand

Inhoud:

Nederlands
Engels
pand [o], slip [v], jaspand [o] {zn.}
skirt 
coat-tail
borgstelling [v], pand [o], onderpand, waarborg {zn.}
security 
pledge 
pand, jaspand {zn.}
coattail
pand {zn.}
pledge
geslacht [o], huis [o], pand [o], familie [v] {zn.}
house 
family 
building 
household 
Ze zijn zes maanden bezig geweest om het huis te bouwen.
They spent six months building the house.
Dit is hun huis.
This is their house.
onderpand [o] (het ~), pandgoed, securiteit, pand [o] (het ~) {zn.}
collateral
We gaan het huis als onderpand gebruiken zodat we wat geld kunnen lenen.
We'll use the house as collateral so we can borrow some money.
gebouw [o] (het ~), pand [o] (het ~), huis [o] (het ~), perceel [o] (het ~) {zn.}
building
edifice
Kijk naar dat gebouw.
Look at that building.
Moet je dat hoge gebouw zien.
Look at that tall building.