Vertaling van patsen
Inhoud:
Nederlands
Engels
opscheppen, bluffen, grootspreken, ophakken, opsnijden, patsen, snoeven, pochen {ww.}
to swagger
to swash
to bluster
to swash
to bluster
wij patsen
jullie patsen
zij patsen
we bluster
you bluster
they bluster
» meer vervoegingen van to bluster