Vertaling van planken
Inhoud:
Nederlands
Engels
planken {bn.}
graceless
ungraceful
ungraceful
schap, plank (mv. planken) {zn.}
shelf
Hij plaatste het boek op de plank.
He placed the book on the shelf.
Hij plaatste het boek op de plank.
He put the book on the shelf.
De plank vroor aan de grond vast.
The plank froze to the ground.
plank {zn.}
plank
board
board