Vertaling van postkantoor
Inhoud:
Nederlands
Engels
postkantoor {zn.}
post-office
Waar is het postkantoor?
Where's the post office?
Ik wil dat je naar het postkantoor gaat.
I want you to go to the post office.
postkantoor {zn.}
post office
Dit is een postkantoor, en dat een bank.
This is a post office and that is a bank.
In de zomervakantie heb ik op een postkantoor gewerkt.
I worked in a post office during the summer vacation.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Engels
Waar is het postkantoor?
Where's the post office?
Ik wil dat je naar het postkantoor gaat.
I want you to go to the post office.
Dit is een postkantoor, en dat een bank.
This is a post office and that is a bank.
In de zomervakantie heb ik op een postkantoor gewerkt.
I worked in a post office during the summer vacation.
Excuseert u mij, kunt u mij de weg naar het postkantoor wijzen?
Excuse me, but would you please tell me the way to the post office?