Vertaling van proefje

Inhoud:

Nederlands
Engels
bewijs [o] (het ~), blijk [o] (het ~), getuige [o] (het ~), proef, proefje, proeve, getuigenis [v] (de/het ~) {zn.}
proof
cogent evidence
Ik heb een duidelijk bewijs.
I have a palpable proof.


Gerelateerd aan proefje

bewijs - blijk - getuige - proef - proeve - getuigenis