Vertaling van punt
stop
full stop
period
full point
mark
score
topic
matter
issue
minute
second
mo
bit
point
to burgeon forth
to germinate
to pullulate
to shoot
to sprout
to spud
ik punt
jij punt
hij/zij/het punt
I germinate
you germinate
he/she/it germinates
» meer vervoegingen van to germinate
to sharpen
to taper
ik punt
jij punt
hij/zij/het punt
I point
you point
he/she/it points
» meer vervoegingen van to point
Voorbeelden in zinsverband
Ik sta op het punt je iets belangrijk te vertellen.
I'm about to tell you something important.
Ik sta op het punt uit te gaan.
I'm about to leave.
Ze staan op het punt weg te gaan.
They're about to leave.
Ik was het op dat punt met hem eens.
I agreed with him on that point.
Hij stond op het punt weg te gaan toen de telefoon ging.
He was about to go out when the telephone rang.
In Nederland is het de gewoonte dat, wanneer bij de bouw van een huis het hoogste punt bereikt is en de dakpannen gelegd kunnen worden, de opdrachtgever de bouwvakkers op zogenaamd "pannenbier" trakteert om dit te vieren. Er wordt dan een vlag in de nok van het huis geplaatst. Is de opdrachtgever te gierig om te trakteren, dan wordt geen vlag, maar een bezem geplaatst.
In the Netherlands, it is the custom that, when during the construction of a house the highest point has been reached and the roof is ready for tiling, the client treats the construction workers to so-called "tile beer" to celebrate this. A flag is then placed on the ridge of the house. If the client is too stingy to treat, not a flag, but a broom is placed.