Vertaling van rekenen
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we figure
you figure
they figure
» meer vervoegingen van to figure
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we count
you count
they count
» meer vervoegingen van to count
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we contemplate
you contemplate
they contemplate
» meer vervoegingen van to contemplate
to account
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we calculate
you calculate
they calculate
» meer vervoegingen van to calculate
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we demand
you demand
they demand
» meer vervoegingen van to demand
to numerate
to number
to enumerate
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we count
you count
they count
» meer vervoegingen van to count
to bear in mind
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we mind
you mind
they mind
» meer vervoegingen van to mind
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we include
you include
they include
» meer vervoegingen van to include
to rely
to swear
to bank
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we trust
you trust
they trust
» meer vervoegingen van to trust
to cipher
to compute
to cypher
to figure
to reckon
to work out
wij rekenen
jullie rekenen
zij rekenen
we calculate
you calculate
they calculate
» meer vervoegingen van to calculate
Voorbeelden in zinsverband
Op hem kan je rekenen.
He can be counted on.
Je kan wanneer dan ook op me rekenen.
You can count on me any time.
Je kan er rekenen dat we de volgende keer een betere service zullen leveren.
You can count on us for better service in the future.
Je kan altijd op Jane rekenen om het te zeggen zoals het is.
You can always rely on Jane to tell it like it is.