Vertaling van rennen
Inhoud:
Nederlands
Engels
wij rennen
jullie rennen
zij rennen
we run
you run
they run
» meer vervoegingen van to run
Ik kan rennen.
I can run.
Ik kan rennen.
I'm able to run.
hardlopen, hollen, racen, rennen, snellen, sprinten {ww.}
wij rennen
jullie rennen
zij rennen
we run
you run
they run
» meer vervoegingen van to run
Hij kan niet erg snel rennen.
He can't run very fast.
Hij probeerde de robot te laten rennen.
He tried to make the robot run.
rennen, draven, galopperen, hardlopen, hollen {zn.}
run
running
running
Ik heb hem zien rennen.
I saw him running.
Hardlopen is goed voor de gezondheid.
Running is good for the health.
paardenrennen , draverij , harddraverij, paardenkoers , paardenwedren, rennen {zn.}
horse race
renloop, ren {zn.}
gallop
ren {zn.}
pen
ren (mv. rennen) {zn.}
horse race
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Engels
Ik kan rennen.
I can run.
Ik kan rennen.
I'm able to run.
Ik heb hem zien rennen.
I saw him running.
Hij probeerde de robot te laten rennen.
He tried to make the robot run.
Ik ben te moe om te rennen.
I am too tired to run.
Hij had niet zo snel moeten rennen.
He need not have run so fast.
Hij kan niet erg snel rennen.
He can't run very fast.