Vertaling van rondlopen
Inhoud:
Nederlands
Engels
rondlopen, omlopen {ww.}
to walk around
to circumambulate
to circumambulate
rondlopen, ronddarren, rondwandelen, rondzwalken {ww.}
to walk about
to walk around
to perambulate
to walk around
to perambulate
ik zal rondlopen
jij zult rondlopen
hij/zij/het zal rondlopen
I will perambulate
you will perambulate
he/she/it will perambulate
» meer vervoegingen van to perambulate
zitten, rondlopen {ww.}
to dwell
to brood
to brood
ik zal rondlopen
jij zult rondlopen
hij/zij/het zal rondlopen
I will dwell
you will dwell
he/she/it will dwell
» meer vervoegingen van to dwell