Vertaling van schaars
Inhoud:
Nederlands
Engels
schaars, weinig, spaarzaam {bn.}
bare
scanty
spare
scanty
spare
nauwelijks, bezwaarlijk, nauw, node, schaars, weiland, weinig, kwalijk {bw.}
narrowly
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Engels
Mary is schaars gekleed.
Mary is scantily clad.
De bomen waren erg schaars.
The trees were very scarce.
Kwaliteitsfruit is schaars in de winter en het kost veel.
Good quality fruit is scarce in the winter and it costs a lot.