Vertaling van schakel
Inhoud:
Nederlands
Engels
schakel {zn.}
trammel
hamper
shackle
bond
hamper
shackle
bond
ik schakel
I engage
» meer vervoegingen van to engage
aandoen, aandraaien, aansteken, schakelen, inschakelen {ww.}
to turn on
to switch on
to switch on
schakelen {ww.}
to tie
to link
to link up
to connect
to link
to link up
to connect
ik schakel
I tie
» meer vervoegingen van to tie
schakelen {ww.}
to throttle
to trammel
to restrict
to restrain
to limit
to confine
to bound
to trammel
to restrict
to restrain
to limit
to confine
to bound
ik schakel
I throttle
» meer vervoegingen van to throttle