Vertaling van scheen
tibia
shinbone
shin-bone
ik scheen
jij scheen
hij/zij/het scheen
I looked
you looked
he/she/it looked
» meer vervoegingen van to look
ik scheen
jij scheen
hij/zij/het scheen
I glowed
you glowed
he/she/it glowed
» meer vervoegingen van to glow
ik scheen
jij scheen
hij/zij/het scheen
I gleamed
you gleamed
he/she/it gleamed
» meer vervoegingen van to gleam
to light
to illuminate
to illumine
to illume
ik scheen
jij scheen
hij/zij/het scheen
I lighted; lit
you lighted; lit
he/she/it lighted; lit
» meer vervoegingen van to light
to glow
to radiate
to beam
ik scheen
jij scheen
hij/zij/het scheen
I shone; shined
you shone; shined
he/she/it shone; shined
» meer vervoegingen van to shine
to appear
ik scheen
jij scheen
hij/zij/het scheen
I seemed
you seemed
he/she/it seemed
» meer vervoegingen van to seem