Vertaling van shit-

Inhoud:

Nederlands
Engels
lelijk, shit-, kut-, rot-, kloten-, pokken- {bn.}
rotten 
ugly 
horrendous
horrid 
lousy
shitty
trashy
no good
wretched 
kut, shit, verdomme {tw}
bullshit
rommel, brandhout, brol, junk, shit [m] (de ~), tennef, tinnef [o] (het ~), troep, rotzooi [m] (de ~) {zn.}
rubbish
trash
scrap
Eerst zagen ze de rommel, vervolgens keken ze elkaar aan.
They looked at the rubbish, then they looked at each other.
marihuana [m] (de ~), kief, kif, shit [m] (de ~), stuf, stuff [m] (de ~), weed, wiet [m] (de ~), pot [m] (de ~), thee [m] (de ~) {zn.}
marijuana
ganja
marihuana
cannabis
godgevloekt, klote, kloterig, kut, lullig, rottig, shit, verdomd, verduiveld, verduveld, vermaledijd, verrekt, verrot, vervloekt, verwenst, lam, verdraaid, ellendig, misselijk, rot {bn.}
bloody
onzin [m] (de ~), apekool [m] (de ~), beuzelarij [v] (de ~), bullshit [m] (de ~), flauwekul [m] (de ~), ge-o-ha, gebeuzel, gekakel [o] (het ~), gekkenpraat, gekwek, gelul [o] (het ~), geneuzel, geouwehoer, geraaskal, gewauwel, gezwam [o] (het ~), gezwets, klets [m] (de ~), kletskoek [m] (de ~), kletspraat [m] (de ~), kolder [m] (de ~), kul, kwatsch, kwezelarij, larie [v] (de ~), lariekoek [m] (de ~), leuterkoek, leuterpraat, lulkoek [m] (de ~), nonsens [m] (de ~), quatsch [m] (de ~), wijvenpraat, zever [m] (de ~), zottenpraat, dwaasheid [v] (de ~), shit [m] (de ~), geklets [o] (het ~) {zn.}
stuff and nonsense
poppycock
stuff
hooey

Gerelateerd aan shit-

lelijk - kut- - rot- - kloten- - pokken- - kut - shit - verdomme - rommel - brandhout - brol - junk - tennef - tinnef - troepiets - affreus - slecht - uiting