Vertaling van stout
Inhoud:
Nederlands
Engels
stout {zn.}
stout
moedig, dapper, kloekmoedig, koen, kranig, onbevreesd, onversaagd, onverschrokken, onvervaard, kloek, stout {bn.}
brave
courageous
courageous
bliksems, stout, loos, ondeugend {bn.}
naughty