Vertaling van strand
ik strand
I fail
» meer vervoegingen van to fail
ik strand
I beach
» meer vervoegingen van to beach
ik strand
I fail
» meer vervoegingen van to fail
to maroon
ik strand
I maroon
» meer vervoegingen van to maroon
ik strand
I jam
» meer vervoegingen van to jam
to fix
to posit
to deposit
ik strand
I fix
» meer vervoegingen van to fix
Voorbeelden in zinsverband
We speelden op het strand.
We played on the beach.
Welke kant is het strand op?
Which way is the beach?
Ik bracht de hele dag door aan het strand.
I spent the entire day on the beach.
Ik zwem vaak op het strand in de zomer.
I often go swimming at the beach in the summer.
Ze zat op een leeg strand naar de één voor één aanspoelende golven te kijken.
She sat on the empty beach watching the waves roll in one after the other.
Kinderen houden er echt van om op het strand te spelen.
Children really like playing on the beach.