Vertaling van strompelen
Inhoud:
Nederlands
Engels
strompelen, waggelen, wankelen {ww.}
to wobble
to toddle
to waddle
to totter
to falter
to stumble
to toddle
to waddle
to totter
to falter
to stumble
wij strompelen
jullie strompelen
zij strompelen
we wobble
you wobble
they wobble
» meer vervoegingen van to wobble
strompelen, hompelen {ww.}
to limp
to hitch
to hobble
to gimp
to hitch
to hobble
to gimp
wij strompelen
jullie strompelen
zij strompelen
we limp
you limp
they limp
» meer vervoegingen van to limp