Vertaling van thuiszitten
Inhoud:
Nederlands
Engels
thuisblijven, thuiszitten {ww.}
to stay
ik zal thuiszitten
jij zult thuiszitten
hij/zij/het zal thuiszitten
I will stay
you will stay
he/she/it will stay
» meer vervoegingen van to stay
Moet Tom thuisblijven vandaag?
Does Tom have to stay home today?
Moet Tom thuisblijven vandaag?
Does Tom need to stay home today?