Vertaling van tref
Inhoud:
Nederlands
Engels
bof , buitenkansje , veine , geluk, mazzel, tref, zwijn, zwijntje , buitenkans, gelukje, meevaller {zn.}
Ik wens u veel geluk op het examen.
I wish you good luck in the exam!
ik tref
I strike
» meer vervoegingen van to strike
aantreffen, ontmoeten, tegemoet treden, tegenkomen, treffen {ww.}
ik tref
I meet
» meer vervoegingen van to meet
Ik wil Tom graag ontmoeten.
I'd like to meet Tom.
Uiteindelijk zullen we elkaar vandaag ontmoeten.
We will eventually meet today.
halen, inslaan, raken, teisteren, treffen {ww.}
ik tref
I catch
» meer vervoegingen van to catch
Ik moet de eerste trein halen.
I must catch the first train.
Laten we opschieten om de bus te halen.
Let's hurry so we can catch the bus.
ik tref
I strike
» meer vervoegingen van to strike
ik tref
I find
» meer vervoegingen van to find
Kan je het vinden?
Can you find it?
Ik moet het vinden.
I must find it.