Vertaling van treuren
Inhoud:
Nederlands
Engels
bedroefd zijn, treuren {ww.}
to be sad
to be sorrowful
to be grieved
to be sorrowful
to be grieved
jammeren, jeremiëren, kermen, lamenteren, treuren, weeklagen {ww.}
to whimper
to pule
to wail
to mewl
to pule
to wail
to mewl
wij treuren
jullie treuren
zij treuren
we whimper
you whimper
they whimper
» meer vervoegingen van to whimper
bewenen, treuren, betreuren {ww.}
to repent
to rue
to regret
to rue
to regret
wij treuren
jullie treuren
zij treuren
we repent
you repent
they repent
» meer vervoegingen van to repent