Vertaling van uitnodigen
Inhoud:
Nederlands
Engels
ik zal uitnodigen
jij zult uitnodigen
hij/zij/het zal uitnodigen
I will invite
you will invite
he/she/it will invite
» meer vervoegingen van to invite
Je mag uitnodigen wie je wilt.
You may invite anyone you like.
Ik zou je graag uitnodigen om te komen eten
I would like to invite you to dinner
inviteren, nodigen, vragen, noden, uitnodigen {ww.}
to invite
to call for
to call for
ik zal uitnodigen
jij zult uitnodigen
hij/zij/het zal uitnodigen
I will invite
you will invite
he/she/it will invite
» meer vervoegingen van to invite
inviteren, nodigen, vragen, noden, uitnodigen {ww.}
to invite
to call for
to call for
ik zal uitnodigen
jij zult uitnodigen
hij/zij/het zal uitnodigen
I will invite
you will invite
he/she/it will invite
» meer vervoegingen van to invite
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Engels
Je mag uitnodigen wie je wilt.
You may invite anyone you like.
Ik zou je graag uitnodigen om te komen eten
I would like to invite you to dinner