Vertaling van verloren
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we lost
you lost
they lost
» meer vervoegingen van to lose
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we occupied
you occupied
they occupied
» meer vervoegingen van to occupy
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we lost
you lost
they lost
» meer vervoegingen van to lose
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we lost
you lost
they lost
» meer vervoegingen van to lose
lonesome
disadvantaged
to turn a loss
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we lost
you lost
they lost
» meer vervoegingen van to lose
to shoot
to fritter away
to fritter
to fool away
to fool
to dissipate
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we shot
you shot
they shot
» meer vervoegingen van to shoot
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we lost
you lost
they lost
» meer vervoegingen van to lose
to stop
to end
to finish
to cease
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we terminated
you terminated
they terminated
» meer vervoegingen van to terminate
wij verloren
jullie verloren
zij verloren
we lost
you lost
they lost
» meer vervoegingen van to lose
Voorbeelden in zinsverband
Ik heb geen gewicht verloren.
I haven't lost any weight.
Ik heb mijn sleutel verloren.
I have lost my key.
Ik heb mijn portemonnee verloren.
I have lost my wallet.
Ik heb mijn sleutels verloren.
I've lost my keys.
Ik ben mijn horloge verloren.
I lost my watch.
Ben je je tong verloren?
Cat got your tongue?
Ik heb mijn sleutel verloren.
I lost my key.
Ze hebben het gevecht verloren.
They lost the battle.
Ik heb mijn sleutels verloren.
I lost my keys.
Ons team heeft alle wedstrijden verloren.
Our team lost all its games.
Velen verloren hun huis na de aardbeving.
Many lost their homes after the earthquake.
Ik ben mijn vertrouwen in hem verloren.
I lost my trust in him.
Je hebt verloren, geef het op!
You have lost, give up!
Maciek heeft in december het leven verloren.
Maciek lost his life in December.
Ik moet de verloren tijd inhalen.
I have to catch up the lost time.