Vertaling van verpleegster
Inhoud:
Nederlands
Engels
Ze is verpleegster.
She is a nurse.
Ze werd verpleegster.
She became a nurse.
verpleegster , ziekenzuster, zuster {zn.}
nurse
Een verpleegster kleedt zich in het wit.
A nurse wears white.
De verpleegster is in het wit gekleed.
The nurse is dressed in white.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Engels
Ze is verpleegster.
She is a nurse.
Ze werd verpleegster.
She became a nurse.
De verpleegster is in het wit gekleed.
The nurse is dressed in white.
Het is haar droom verpleegster te worden.
Her dream is to become a nurse.
Een verpleegster kleedt zich in het wit.
A nurse wears white.
Ik wil geen verpleegster meer zijn.
I don't want to be a nurse any more.
De verpleegster zal je uitleggen hoe dat moet.
The nurse will tell you how to do it.