Vertaling van voorbijkomen
Inhoud:
Nederlands
Engels
voorbijgaan, voorbijkomen, langskomen, passeren {ww.}
to pass
to travel by
to surpass
to pass by
to go past
to go by
to travel by
to surpass
to pass by
to go past
to go by
ik zal voorbijkomen
jij zult voorbijkomen
hij/zij/het zal voorbijkomen
I will pass
you will pass
he/she/it will pass
» meer vervoegingen van to pass
Water kun je drinken, maar je kunt er ook aan voorbijgaan.
You can drink water, but you can also pass it.