Vertaling van vooruitzien
Inhoud:
Nederlands
Engels
bedacht zijn op, verwachten, vooruitzien, voorzien {ww.}
ik zal vooruitzien
jij zult vooruitzien
hij/zij/het zal vooruitzien
I will expect
you will expect
he/she/it will expect
» meer vervoegingen van to expect
Je kan niet alles van de scholen verwachten.
One can't expect everything from schools.
Je kunt niet van me verwachten dat ik altijd overal aan denk!
You can't expect me to always think of everything!
voorzien, vooruitzien {ww.}
to previse
to foreknow
to foresee
to anticipate
to foreknow
to foresee
to anticipate
ik zal vooruitzien
jij zult vooruitzien
hij/zij/het zal vooruitzien
I will foreknow
you will foreknow
he/she/it will foreknow
» meer vervoegingen van to foreknow
vooruitziend, vooruitzien {ww.}
to look forward