Vertaling van warm

Inhoud:

Nederlands
Engels
warm {bn.}
warm 
warm {bn.}
heating 
heet, warm, warmpjes {bw.}
warmly 
hartelijk, cordiaal, ruimhartig, warmhartig, warm, gul, aardig, lief, voorkomend, vriendelijk {bn.}
affable
friendly 
kind 
kindly 
amiable
cordial
genial
teder, teer, warm, lief {bn.}
tender 
tender-hearted
affectionate
fond
verhitten, warmen, verwarmen {ww.}
to warm 
to heat 

ik warm

I warm
» meer vervoegingen van to warm

verwarmen, warmen {ww.}
to heat up
to heat

ik warm

I heat
» meer vervoegingen van to heat



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

De kamer was warm.

The room was warm.

De thee is warm.

The tea is hot.

Het was warm gisternacht.

It was hot last night.

Wat is het warm vandaag!

How hot it is today!

Het was zonnig en warm.

It was sunny and warm.

Het is erg warm vandaag.

It is very hot today.

Het is vandaag vreselijk warm.

It's awfully hot today.

Vandaag is zo warm als gisteren.

It is as hot a day as yesterday.

Het is te warm voor mij.

It is too warm for me.

Het is warm genoeg om te zwemmen.

It's warm enough to swim.

Eet nu het nog warm is, alsjeblieft.

Please eat it while it's still hot.

Het is vandaag erg warm, toch?

It's very hot today, isn't it?

Het is te warm om te werken.

It is too hot to work.

Het lijkt buiten warm te zijn.

It seems warm outside.

Mijn hand is in warm water.

My hand is in warm water.


Gerelateerd aan warm

heet - warmpjes - hartelijk - cordiaal - ruimhartig - warmhartig - gul - aardig - lief - voorkomend - vriendelijk - teder - teer - verhitten - warmenaimabel - veranderen