Vertaling van weg

Inhoud:

Nederlands
Engels
heen, over, vandoor, verwijderd, voort, weg {bw.}
away 
far 
forth 
off 
yonder 
afar
remedie [v], medium, middel [o], weg {zn.}
way 
means 
agency
recourse
expedient 
expedience
avenue 
resource 
remedy
De weg is lang.
The way is long.
Je staat in de weg.
You are in my way.
baan [v], route [v], weg [m] {zn.}
way 
road 
pathway
path 
passage 
course 
route 
Er is ijzel op de baan.
There is frost on the road.
De weg is lang.
The road is long.
weg [m] (de ~) {zn.}
road
route
De weg loopt parallel aan de rivier.
The road parallels the river.
De stad wil de weg verlengen.
The city wants to extend the road.
weg [m] (de ~), kanaal [o] (het ~) {zn.}
path
weg [m] (de ~) {zn.}
way
means
agency
De lente is op weg!
Spring is on the way!
Ge zijt op de verkeerde weg.
You're going the wrong way.
route [m] (de ~), weg [m] (de ~), koets [m] (de ~) {zn.}
path
route
itinerary


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Ben je al weg?

You're leaving already?

Het is weg.

It is gone.

De weg is lang.

The road is long.

De bestanden zijn weg.

The files are missing.

Hij is al weg.

He has left already.

Ik ben hier weg.

I'm out of here.

Scheer je weg!

Piss off!

Hij is al weg.

He had already gone.

Hij keek weg.

He looked away.

De jongen liep weg.

The boy ran away.

Regen, regen, ga weg!

Rain, rain go away!

Hij ging zomaar weg.

He left for no reason whatsoever.

De hond ging weg.

The dog went away.

We moeten hier weg.

We should get out of here.

De weg is lang.

The way is long.


Gerelateerd aan weg

heen - over - vandoor - verwijderd - voort - remedie - medium - middel - baan - route - kanaal - koetsstrook - product - oord - middel - oplossing - weg - ruimte - wegvak