Vertaling van woonruimte

Inhoud:

Nederlands
Engels
woning [v] (de ~), woongelegenheid [v] (de ~), woonruimte [v] (de ~), behuizing [v] (de ~) {zn.}
home
habitation
dwelling house
dwelling
domicile
abode
Ze hebben een verhuisfirma gevraagd om hun eigendommen naar hun nieuwe woning te verhuizen.
They hired a moving company to transport their belongings to their new home.


Gerelateerd aan woonruimte

woning - woongelegenheid - behuizingwoongedeelte