Vertaling van zalig
Inhoud:
Nederlands
Engels
zalig {bn.}
beatified
blessed
blissful
blessed
blissful
zalig, gelukzalig {bn.}
blissful
genotvol, hemels, paradijselijk, zalig, goddelijk {bn.}
gorgeous
delicieus, goddelijk, zalig, heerlijk {bn.}
delectable
delicious
luscious
pleasant-tasting
scrumptious
toothsome
yummy
delicious
luscious
pleasant-tasting
scrumptious
toothsome
yummy
zaligen {ww.}
to beatify
ik zalig
I beatify
» meer vervoegingen van to beatify