Vertaling van aandrijven
Inhoud:
Nederlands
Spaans
aandrijven, aanspoelen {ww.}
ser arrojado a la playa
aandrijven, aanspoelen, aan wal gaan {ww.}
ser arrojado a la playa
drijven, aandrijven, opjagen, voortdrijven {ww.}
arrear
impeler
acuciar
impeler
acuciar
ik zal aandrijven
jij zult aandrijven
hij/zij/het zal aandrijven
yo arrearé
tú arrearás
él/ella arreará
» meer vervoegingen van arrear