Vertaling van aanvallen

Inhoud:

Nederlands

Spaans

aanvallen {ww.}

atacar
acometer

ik zal aanvallen
jij zult aanvallen
hij/zij/het zal aanvallen

yo atacaré
tú atacarás
él/ella atacará
» meer vervoegingen van atacar

aangrijpen, aantasten, aanvallen, tackelen, attaqueren {ww.}

agredir
atacar

ik zal aanvallen
jij zult aanvallen
hij/zij/het zal aanvallen

yo agrediré
tú agredirás
él/ella agredirá
» meer vervoegingen van agredir

aanval (mv. aanvallen) [m], offensief [o], vlaag [v], attaque {zn.}

ataque [m] (el ~)
agresión [v] (la ~)
acometida [v] (la ~)

Aanval is de beste verdediging.

La mejor defensa es un buen ataque.