Vertaling van aanvoeren
Inhoud:
Nederlands
Spaans
aanvoeren, besturen, regeren {ww.}
subyugar
capitanear
capitanear
ik zal aanvoeren
jij zult aanvoeren
hij/zij/het zal aanvoeren
yo subyugaré
tú subyugarás
él/ella subyugará
» meer vervoegingen van subyugar
aanvoeren, bevelen, commanderen, het bevel voeren {ww.}
acaudillar
mandar
mandar
ik zal aanvoeren
jij zult aanvoeren
hij/zij/het zal aanvoeren
yo acaudillaré
tú acaudillarás
él/ella acaudillará
» meer vervoegingen van acaudillar