Vertaling van arriveren

Inhoud:

Nederlands
Spaans
aankomen, arriveren {ww.}
llegar

wij arriveren
jullie arriveren
zij arriveren

nosotros llegamos
vosotros llegáis
ellos/ellas llegan
» meer vervoegingen van llegar

Ik wil weten wanneer mijn bagage zal aankomen.
Quiero saber cuándo va a llegar mi equipaje.


Gerelateerd aan arriveren

aankomen