Vertaling van babbelen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
babbelen, keuvelen, praten {ww.}
charlar
wij babbelen
jullie babbelen
zij babbelen
nosotros charlamos
vosotros charláis
ellos/ellas charlan
» meer vervoegingen van charlar
wij babbelen
jullie babbelen
zij babbelen
nosotros charlamos
vosotros charláis
ellos/ellas charlan
» meer vervoegingen van charlar