Vertaling van belemmeren
Inhoud:
Nederlands
Spaans
belemmeren, hinderen, storen, verstoren {ww.}
molestar
perturbar
dificultar
estorbar
perturbar
dificultar
estorbar
wij belemmeren
jullie belemmeren
zij belemmeren
nosotros molestamos
vosotros molestáis
ellos/ellas molestan
» meer vervoegingen van molestar
Niet storen.
No molestar.
Ik zal proberen je niet te storen bij het leren.
Haré lo mejor para no molestar tu estudio.
belemmeren, obstructie voeren, opstoppen, verstoppen {ww.}
obstruir
wij belemmeren
jullie belemmeren
zij belemmeren
nosotros obstruimos
vosotros obstruís
ellos/ellas obstruyen
» meer vervoegingen van obstruir
afdammen, afsluiten, belemmeren, stuwen, versperren {ww.}
interceptar
privar el paso
privar el paso
wij belemmeren
jullie belemmeren
zij belemmeren
nosotros interceptamos
vosotros interceptáis
ellos/ellas interceptan
» meer vervoegingen van interceptar
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Niets zal mijn snood plan belemmeren.
Nada interferirá con mi diabólico plan.
Niets zal mijn snood plan belemmeren.
Nada interferirá con mi diabólico plan.